De Kongo-Vrijstaat

Een van de bijzondere verhalen uit de KongoBelgische geschiedenis is die van de Kongo vrijstaat. Deze voormalige kolonie van België is ooit ontstaan als persoonlijk eigendom van koning Leopold II. In de 2e helft van de 19e eeuw is Europa op jacht naar nieuwe grondstoffen. De industriële revolutie zorgt voor een enorme vraag naar steenkool, bauxiet, rubber en allerlei andere grondstoffen die niet allemaal van nature voorkomen in Europa. Het daarnaast sterke nationalisme van veel landen doet de vraag naar kolonies toenemen en er ontstaat een run op Afrika. Zuidoost Azië en Amerika zijn al zo goed als helemaal bezet. Afrika is echter een nog onontdekt continent. Hoewel natuurlijk al eeuwenlang handel wordt gedreven met het continent gebeurt dit voornamelijk aan de kust en blijft het binnenland eeuwenlang ongemoeid. Dit verandert in de 19e eeuw. Op zoek naar avontuur, goud, roem, rijkdom en grondstoffen trekken ontdekkingsreizigers het continent binnen om het in kaart te brengen, te ontdekken en te veroveren oor hun vaderland. Dit hield vaak niet meer in dan een vlag planten met het gevolg dat het natuurlijk volstrekt onduidelijk was welk land waar zijn kolonie had. Laat staan dat de plaatselijke bevolking iets van de rare blanke mannen snapten. De landen zaten elkaar dan ook geregeld in de haren. Een bezettingsmacht of bestuur werd echter niet gevestigd en zo modderde iedereen maar wat aan. Koning Leopold van België bang om de strijd om kolonies te missen ziet het met lede ogen aan. Hij is al tijden lang aan het lobbyen om een eigen kolonie in Afrika te krijgen en gebruikt ontdekker Stanley als hulp in de strijd. Tijdens de conferentie van Berlijn zitten de grote machtshebbers van Europa rondom de tafel en verdelen Afrika als een taart. Koning Leopold bedeelt zichzelf natuurlijk ook een stuk en wel het stuk Kongo. Gelegen aan de Kongo rivier maakt hij dit gebied tot een persoonlijk kroondomein van de koning. Het dus zijn eigen persoonlijke bezit en was op dat moment geen Belgisch grondgebied. Het Belgische parlement zag totaal geen heil in een kolonie, maar vond het prima als de koning het als privé bezit ging regeren.

De openbare orde in de Kongo Vrijstaat werd gehouden door de Force Publique een strijdkracht van blanke officieren en inlandse soldaten. Leopold had het stuk land gekregen op voorwaarde dat alle landen er vrijelijk mochten handelen. En dat werd dan ook gerealiseerd in een klein deel van Kongo. Praktijk was echter dat alleen bedrijven wiens aandelen voor een groot gedeelte in handen waren van Leopold mochten handelen. In het begin werd er vooral veel geld verdiend met de verkoop van ivoor. De olifanten populatie in Kongo werd flink teruggebracht. De haven van Antwerpen voer wel bij de nieuwe handel. Als eind 19e eeuw door de ontdekking van de luchtband er ook een grote vraag ontstaat naar rubber wordt Kongo pas echt winstgevend. Kongo heeft veel natuurlijke rubberbomen en zonder enige investering kan de rubber dus snel en makkelijk geoogst worden. Leopold verdient schatten met de verkoop van dit goedje. Om voldoende rubber te blijven produceren gaat de Force Republique controleren of de inwoners van Kongo wel genoeg rubber produceren. Om de productiequota te halen wordt geen middel geschuwd. Verkrachtingen, moordpartijen, mishandelingen en gijzelingen zijn aan de orde van de dag. Individuele rubbertappers die niet genoeg rubber produceren kunnen met de chicotte (een soort zweep) klappen verwachten. In dorpen waarbij de quota niet worden gehaald worden vrouwen en kinderen onder gruwelijke omstandigheden opgesloten tot dat de mannen genoeg geproduceerd hebben. Verhalen over inlanders die levend geroosterd worden als straf, of die overgoten worden met hars en in brand worden gestoken doen de rondte.

De strafexpedities die er op uit worden gestuurd worden geacht de handen van hun slachtoffers af te hakken ten teken dat ze dure kogels hebben gespaard. In het begin gebeurt dit alleen met lijken, maar op den duur wordt, om ook hier weer aan een quota te voldoen de handen afgehakt van nog levende volwassenen en kinderen. De patrouilles konden zo de kogels verantwoorden die ze hadden verbruikt bij het schieten op dieren. De afgehakte handen worden een symbool van het gruwelijke regime.

Naast de martelingen door de rubberproductie sterven er ook veel Congolezen door de aanleg van een spoorlijn dwars door het land en door ziektes die men op doet door gedwongen verhuizing. De uiteindelijke schatting is dat er door dit beleid in slechts 23 jaar zo’n 10 miljoen mensen sterven.

Kongo is echter geen gesloten gemeenschap en België geen wereldmacht om rekening mee te houden. Internationale protesten komen dan ook op gang. Beroemde schrijvers als Mark Twain, Arthur Conan Doyle en Joseph Conrad spreken zich uit tegen het wanbeleid in Kongo en schrijven er pamfletten over. Een Britse journalist publiceert wekelijks een kolom over de gruwelijkheden in de Vrijstaat. Met behulp van de eerste draagbare camera worden er ondertussen foto’s gemaakt van de ellende. Deze worden getoond aan de wereld en missen hun effect niet. Vanuit de oppositie wordt er gevraagd om een onderzoekscommissie in te stellen die de verhalen dan ook bevestigd. Leopold wordt gedwongen de kolonie af te staan maar krijgt wel een flinke compensatie. Naast de vele rijkdommen al verkregen tijdens het bezit komt hij er ook nu weer genadig van af. Bijzonderst detail van de gehele geschiedenis is dat ondanks alle ellende die Leopold veroorzaakte en rijkdommen die hij er vandaan haalde hij zelf nooit een voet in Kongo heeft gezet.

Keer terug naar de pagina over België